Een dagje ouder

Ik kon deze week de krant niet meer lezen. Er was iets met de lettertjes gedaan, en de foto’s waren kleurige toverballetjes geworden waardoor ik niet meer kon zien wat er op stond. Het lag aan de nieuwe opmaak, maakte ik mijzelf wijs, maar daarna lukte een bijsluiter van medicijnen ook niet meer, noch een brief van de gemeente. Ik moest een bril.

Mijn zus en ik gingen deze week winkelen in Deventer, en zij kon de menukaart zomaar zien. Dat vond ik niet eerlijk: zij is vier jaar ouder dan ik en hoort dus zeker vier keer zo gebrekkig te zijn. Maar zij bleek te smokkelen, ze deed gewoon haar lenzen voor veraf niet in en dan kneep ze met haar ogen, zodat ze met de kleine lettertjes nog de blits kon maken.

We moesten er heel hard om lachen. In de paskamers bekeken we elkaars vetrolletjes (,,Nee, joh da’s niks, moet je mij zien”) en we bekenden hoe we ’s nachts het bed uit drijven, en hele rare stemmingswisselingen hebben waardoor soms niemand meer een touw aan ons kan vastknopen, en dat we vanuit de meeste hoeken nu wel heel erg op onze moeder gaan lijken.

Gelukkig was ik deze week ook in een zaal vol oudere dames, waarin ik nog een jonge blom leek. Ze hingen aan mijn lippen, en ze waren heel lief. In de pauze vroeg ik of er ook jongere leden waren, die mij misschien niet zagen zitten, maar die waren er niet. Vroeger wel, toen moest het bestuur nog wel eens met een kraampakket op pad voor een jonge boreling. Maar nu konden ze niet eens meer uitrukken voor een nieuwe heup of knie, want dat was al te gewoontjes onder de doelgroep. We moesten er smakelijk om lachen. De dames dronken droge witte wijn, of lepelden een advocaatje, en ze waren strijdlustig en vrolijk, en hadden overal een mening over. In de pauze kwetterden ze als spreeuwen, en ik ving heel bemoedigende berichten op over fietstochten van 50 kilometer zonder zadelpijn, en gouden huwelijksfeesten met een barbecue.

Ik besloot de volgende lezing gewoon mijn bril op te zetten, dan zou ik niet zo hoeven improviseren. En de aanstaande ouderdom te omarmen. Nog geen nieuwe heup of knie in zicht, en gelukkig de kraampakketten al voorbij. De overgang, dan hoeft het leven even lekker helemaal niks van je.

Plaats een reactie